De wraak van de dieren

Eva Meijer

De bende heeft negen of tien leden. Hun aanvoerder heet Witte Gladis. Het doelwit? Schepen in de Straat van Gibraltar. Hun motief? Angst? Woede? Wraak? Witte Gladis was drie jaar geleden al in het nieuws omdat ze met Grijze en Zwarte Gladis zeilboten aanviel. Bioloog Alfredo Lopez Fernandez van de Atlantic Orca Working Group denkt dat ze een traumatische ervaring heeft gehad, misschien heeft ze ooit vastgezeten in een visnet, waardoor ze schepen als vijand ziet. De media schrijven nu weer over haar, ditmaal omdat ze jonge orka’s leert om schepen aan te vallen. Om de paar dagen is er zo’n aanval, en hoewel ze nog geen jachten tot zinken hebben gebracht, ligt de reparatiewerf in Barbate vol. De aanvallen zijn opvallend. In dolfinaria verzetten orka’s zich tegen hun gevangenschap, soms met geweld, maar in hun eigen leefgebieden laten ze mensen met rust. De media speculeren over wraak, wetenschappers zijn terughoudend in het duiden van hun motieven.

In de roman Jaag je ploeg over de botten van de doden van Olga Tokarczuk staat de wraak van de niet-menselijke dieren ook centraal. Er worden dorpsbewoners vermoord, hoofdpersoon Janina Duszejko wijst erop dat ze allemaal geweld gebruiken tegen dieren. Ze vindt het logisch dat de dieren in opstand komen. Misschien zijn ze agressief geworden door klimaatverandering, misschien waren ze altijd al tot meer in staat dan mensen denken. Vrijdag ging ik naar de voorstelling op basis van het boek. Hoewel het een geslaagd stuk was, vond ik het een vervreemdende ervaring. Wat zouden de diereneters om me heen in het publiek hebben gezien, of is zo’n toneelstuk ook iets wat je consumeert waarna je weer verder gaat met je leven?

Of dieren wraak nemen gaat net zo goed over het begrip ‘wraak’ als over hun intenties. Dieren die terugvechten zijn er genoeg. Vissen proberen uit netten te komen, honden bijten, koeien proberen te ontsnappen uit slachthuizen, kippen aan vangers. Vaak krijgen ze weinig gelegenheid tot verzet, maar dat doet niet af aan hun strijd. Veel dieren onthouden het onrecht dat ze is aangedaan. Soms worden ze bang, soms vechten ze terug, zoals de orka’s. Dat we hun strijd niet erkennen is al een vorm van geweld. De meeste dieren zijn trouwens te aardig voor hun eigen bestwil.

Maar Tokarczuk stelt eigenlijk een andere vraag: wat is onze plicht? Het is verkeerd om toe te kijken (of weg te kijken) als anderen geweld wordt aangedaan. In het geval van dieren is er alleen weinig dat je kunt doen. In Duszejko’s woonplaats zijn niet alleen de buurman en de rijkste man uit de omgeving jagers: de politiemensen en de priester ook. Ze vindt nergens gehoor.

Ook hier zijn hoogwaardigheidsbekleders medeschuldig. Denk aan de minister die zegt dat in een slachthuis dierenwelzijn voor efficiëntie moet gaan – maar in een slachthuis vermoorden ze dieren, en dat is niet erg bevorderlijk voor hun welzijn. Of aan politici die expliciet de belangen vertegenwoordigen van jagers, veeboeren en de grote bedrijven die dieren tot dingen maken. Of aan wetenschappers die het mens-centrische narratief in stand houden. Om nog maar te zwijgen van de diereneters overal. De meeste misdaden tegen dieren zijn legaal. Eigen soort eerst is nog altijd het uitgangspunt.

Voor degenen in de stallen is het geen verhaal – ze kunnen niet naar huis na een voorstelling om met een glas wijn het probleem te vergeten. En voor Witte Gladis en haar familie ook niet – zij wonen in dat water. Wraak is de wens van de machtelozen. Maar het minste wat wij kunnen doen is niet wegkijken.

Eva Meijer is schrijver en filosoof. Ze schrijft om de week een column.