interviewEric Vermetten

Psychiater Eric Vermetten: ‘Mdma is geen wondermedicijn, maar er kan iets fundamenteel veranderen’

Psychiater Eric Vermetten behandelt oorlogsveteranen die kampen met een posttraumatische stressstoornis. Een behandeling met het geestverruimende middel mdma heeft verbluffende uitkomsten. ‘Toen ik de eerste resultaten zag, dacht ik: dit kan niet waar zijn.’

Ellen de Visser
Eric Vermetten: ‘Het is onze plicht om het leven van mensen met ptss weer leefbaar te maken’ Beeld Ernst Coppejans
Eric Vermetten: ‘Het is onze plicht om het leven van mensen met ptss weer leefbaar te maken’Beeld Ernst Coppejans

Hij overleefde vier concentratiekampen, maar 25 jaar na de bevrijding heeft de oud-verzetsman nog altijd de oorlog in zijn hoofd. Hij durft nauwelijks de straat op, heeft nachtmerries en slaapt in de houding die hij op de appèlplaats moest aannemen, alvast paraat als de nazi’s hem weer wakker komen schreeuwen. Het leven is zo ondraaglijk geworden dat zijn psychiater besluit tot een onconventionele behandelmethode: onder invloed van lsd moet hij de weggedrukte gruwelijke oorlogsherinneringen naar boven halen om ze eindelijk te verwerken. In de behandelkamer keert hij terug naar de hel van de kampen, en de camera is erbij. We zien hem schreeuwen en vloeken, het hoofd in de handen. ‘Begrijpt u nu waarom ik huil?’, vraagt hij de psychiater.

Het is de titel van een indrukwekkende documentaire die in februari 1972 op tv wordt uitgezonden. Met die ene film maakt cineast Louis van Gasteren duidelijk hoe groot de psychische schade is die de oorlog heeft achtergelaten en hoe belangrijk het werk is van de Leidse psychiater Jan Bastiaans, die kampoverlevenden van hun trauma probeert af te helpen.

Ruim dertig jaar later wordt psychiater Eric Vermetten door de 81-jarige Van Gasteren thuis uitgenodigd. De filmmaker heeft gehoord van zijn proefschrift over posttraumatische stressstoornis (ptss) en wil daar alles over weten. Vermetten is dan nog niet zo lang terug uit de Verenigde Staten, waar hij aan Yale en Emory University onderzoek heeft gedaan naar psychotrauma’s bij Vietnam-veteranen. Defensie heeft hem gevraagd mee te helpen om ook hier het onderzoek en de behandelingen op poten te zetten. Het is een paar jaar na de val van Srebrenica, de vrees bestaat dat veel veteranen van Dutchbat III last gaan krijgen van een posttraumatische stressstoornis.

Van Gasteren vertelt hem vol geestdrift over Jan Bastiaans, de man die honderden oorlogsslachtoffers probeerde te verlossen van hun vreselijke herinneringen aan de concentratiekampen. Samen kijken ze naar de documentaire, Vermetten is onder de indruk. Hij ziet overeenkomsten met de oorlogsveteranen die hij als militair psychiater behandelt. Ze hebben gediend in Srebrenica, in Afghanistan, in Cambodja, en hebben daar zulke schokkende dingen gezien of meegemaakt dat ze een posttraumatische stressstoornis hebben ontwikkeld. Ze zijn kortaangebonden, ze hebben paniekaanvallen, ze vertrouwen niemand meer, ze zijn gevlucht in verslavingen, vaak zijn hun gezinnen ontwricht.

Sinds begin dit jaar is Vermetten kolonel buiten dienst – bij Defensie betekent 60 jaar functioneel leeftijdsontslag. Hij is gestopt bij de afdeling militaire geestelijke gezondheidszorg in het Militair Hospitaal in Utrecht, waar hij jarenlang een veteranenpoli had. De komende jaren werkt hij door in Leiden, als hoogleraar medisch-biologische en psychiatrische aspecten van psychotrauma.

Bij zijn afscheid werd een opmerkelijk boek gepresenteerd. Geschreven door medisch historicus Leo van Bergen, gefinancierd met geld uit een universitair ptss-fonds dat Vermetten daarvoor mocht aanwenden. Het onderwerp: Jan Bastiaans en zijn lsd-behandeling.

Van psychedelica wist Vermetten lange tijd weinig af, vertelt hij. Rond de pensionering van Bastiaans, veertig jaar geleden, was ook lsd uit de behandelkamer verdwenen – in de ban gedaan vanwege de mogelijk ernstige bijwerkingen en twijfels over het effect. Maar de laatste jaren is wereldwijd een hernieuwde interesse ontstaan voor de inzet van geestverruimende middelen in de psychiatrie. Amerikaanse wetenschappers hebben internationaal onderzoek opgezet naar mdma (de werkzame stof in xtc) bij de behandeling van ptss. En Vermetten, geïntrigeerd door het werk van zijn voorganger, doet daaraan mee. In samenwerking met ARQ Centrum ’45, het landelijk centrum voor de behandeling van patiënten met ernstige psychotrauma’s.

Het laatste wetenschappelijke onderzoek, vorig jaar gepubliceerd in vakblad Nature Medicine, laat opnieuw verbluffende resultaten zien. Vermetten signaleert de effecten die ook Bastiaans moeten hebben geïnspireerd.

In zijn werkkamer in het Leidse LUMC raakt hij niet uitgepraat over zijn vakgebied – de boterhammen met kaas die hij in de kantine heeft gehaald, blijven twee uur lang bijna onaangeroerd.

Hij heeft getwijfeld over het boek, bekent hij. Want om de hoek van zijn werkkamer in het LUMC mag dan in de eregalerij een groot portret hangen van de man die daar tussen 1963 en 1985 hoogleraar was, Bastiaans werd door veel van zijn collega’s verguisd. Hij kon geen afscheid nemen, ging te lang door met zijn behandelingen en maakte aan het einde van zijn carrière een paar ernstige fouten, die onder meer een patiënte het leven kostte. ‘Natuurlijk is dat verschrikkelijk’, zegt Vermetten. ‘Hij was geen makkelijke man, zijn onverzettelijkheid heeft hem veel problemen opgeleverd. Hij werd bekritiseerd omdat hij geen goed wetenschappelijk onderzoek deed. Het boek moest er komen, vond ik, als herwaardering van zijn pionierswerk.’

Eric Vermetten: ‘Met het gebruik van lsd probeerde psychiater Jan Bastiaans zijn patiënten uit hun isolement te bevrijden door ze te laten praten.’ Beeld Ernst Coppejans
Eric Vermetten: ‘Met het gebruik van lsd probeerde psychiater Jan Bastiaans zijn patiënten uit hun isolement te bevrijden door ze te laten praten.’Beeld Ernst Coppejans

U heeft, schrijft u in het voorwoord van het boek, een passie voor Bastiaans gekregen. Wat heeft hij voor u betekend?

‘Ik wist uiteraard welke psychische gevolgen een oorlog kan hebben, maar toen ik me ging verdiepen in het werk van Bastiaans vond ik daarin een visie die me aansprak en een metafoor die me veel verhelderde. De kampslachtoffers die hij behandelde, waren wel bevrijd, maar niet in hun hoofd, zei hij, ze zaten als het ware gevangen in een burcht en alle ophaalbruggen waren opgetrokken. Dat gaf zekerheid en houvast, maar werkte ook als een gevangenis. Dat herkende ik zó bij de veteranen die ik behandelde, opeens begreep ik meer van hun problematiek. Veel van hen zaten in een isolement, de maatschappij kon hun gestolen worden, ze voelden zich door niemand begrepen. Het hoeft allemaal niet meer, zeiden ze me vaak.

‘Toen snapte ik beter waarom Bastiaans lsd gebruikte bij zijn behandeling. Daarmee probeerde hij zijn patiënten te bevrijden uit dat isolement, door ze te laten praten over gebeurtenissen die ze heel diep hadden weggestopt en die ervaringen daarna een plek te geven in hun leven. Bastiaans trok zich het leed aan van de kampoverlevenden in een tijd waarin er nog helemaal geen aandacht was voor de verwoestende mentale impact van de oorlog. Daar was niet eens een naam voor. De posttraumatische stressstoornis is pas in 1980 in het handboek van psychiaters opgenomen.’

Heeft u hem ooit ontmoet?

‘Nee, ik ben opgeleid in Maastricht en toen ik na een carrière in de Verenigde Staten terugkwam naar Nederland, was hij al overleden. Ik heb hem vooral leren kennen door zijn publicaties en door de verhalen van Louis van Gasteren, die mij veel heeft verteld over hun tijd samen. Louis en ik zijn hechte vrienden geworden.’

Wat een bijzondere vriendschap. Van Gasteren had zelf ook nogal een oorlogsverleden.

‘Ja, hij zat in het verzet en heeft een Joodse onderduiker om het leven gebracht, uit zelfbescherming, omdat die een gevaar was voor hem en voor anderen. Het was voor hem een levenslang trauma, dat tot ver na de oorlog door journalisten werd opgerakeld, in artikelen en in een boek. Hij hoopte dat ik hem misschien kon helpen. Ik probeerde hem erover te laten vertellen, dan sloeg-ie met gebalde vuisten op tafel en schreeuwde hij: ‘Eric, wat móést ik?’ Ik had met hem te doen, hij heeft er tot aan zijn dood verschrikkelijk onder geleden.’

U behandelt oorlogsveteranen, Bastiaans behandelde kampoverlevenden. Dat is toch een wereld van verschil?

‘De aard en de ernst en de achtergrond van hun trauma’s verschillen inderdaad enorm, maar de psychische schade, het palet aan klachten die zij ervaren, is vergelijkbaar. En dus is hun behandeling in de basis hetzelfde. Maar het is inderdaad een discussiepunt of we bij ptss vooral naar de symptomen of ook naar de oorzaak moeten kijken.’

U bent zelf nooit uitgezonden. Begrijpt u, voelt u waar veteranen het over hebben?

‘Ik ben in 2008 twee weken in Afghanistan geweest, om onderzoek te doen naar morele dilemma’s bij militairen. Ik ben natuurlijk niet buiten de poort geweest, daar ben ik niet voor opgeleid. Maar ik heb er in de rij gestaan voor het eten, ik heb er geslapen onder het tentdoek. Ik mocht even ervaren hoe het is om daar te werken, en daardoor heb ik beeld en geluid bij de verhalen waar de veteranen in mijn behandelkamer het over hebben.

‘Tijdens mijn verblijf in Kandahar werd er een Canadese soldaat binnengebracht die was geraakt door een bermbom. Die nacht overleed hij, de volgende ochtend stonden we met alle militairen in de hitte in de houding, terwijl de gestorven soldaat, een doedelzakspeler voorop, naar het vliegtuig werd begeleid.’

Hoeveel veteranen hebben last van ptss?

‘Het gaat om zes- tot achtduizend militairen, van de ruim honderdduizend die Nederland er telt. Met verreweg de meeste veteranen, zo’n 85 procent, gaat het prima na een uitzending. Ze hebben vaak verschrikkelijke dingen meegemaakt, maar kunnen door met hun leven.

‘Een tweede groep krijgt vrij snel klachten na terugkeer van een buitenlandse missie: angstige herinneringen, zweterige nachten. Maar dat gaat weer over, door therapie bijvoorbeeld of met hulp van een liefhebbende partner. De herinnering blijft, maar de scherpte gaat ervanaf.

‘En dan is er een derde groep veteranen, die pas na een aantal jaren in de problemen komt. Om door te kunnen met hun leven zijn ze emoties en herinneringen gaan vermijden, ze zijn heel hard gaan werken, soms gaan drinken, misschien zelfs drugs gaan gebruiken, ze hebben foute keuzes gemaakt, en dan opeens gaat het niet meer.’

Slechts de helft van de veteranen die hulp zoekt, knapt daarvan op, blijkt uit onderzoek. Hoe kan dat?

‘Ik denk dat we ptss als een stoornis moeten zien met stadia, net als bijvoorbeeld kanker. De ptss die zich na een maand manifesteert is een heel andere aandoening dan de ziekte die zich na jaren pas openbaart. Zeker als veteranen al jaren vastzitten in destructief gedrag, zien we dat ze lang niet altijd gebaat zijn bij een serie gesprekken of cognitieve gedragstherapie.

Eric Vermetten: ‘Ik denk dat we ptss als een stoornis met stadia moeten zien, net als bijvoorbeeld kanker.’ Beeld Ernst Coppejans
Eric Vermetten: ‘Ik denk dat we ptss als een stoornis met stadia moeten zien, net als bijvoorbeeld kanker.’Beeld Ernst Coppejans

‘Er gaat bij hen iets mis, ze sluiten zich op terwijl de herinneringen aan hun traumatische ervaringen blijven terugkomen. Er is bij hen vermoedelijk meer aan de hand. Soms kunnen ze last krijgen van gevoelens van schuld en schaamte: hádden ze maar meer gedaan, hádden ze maar ingegrepen. We noemen dat een morele verwonding. Het is lastig om daarvanaf te komen. Daarvoor moet je die emoties en het verhaal erachter erkennen en ze durven toe te geven. Voor die groep schiet ons vakgebied soms tekort, we moeten verder zoeken om die veteranen te kunnen helpen.’

Waar moeten we dan aan denken?

‘We hebben bij Defensie een loopbandtherapie ontwikkeld, waarmee we het praten makkelijker maken. We vragen patiënten om op een band te lopen terwijl ze naar foto’s kijken of naar muziek luisteren uit de tijd dat ze waren uitgezonden. Wij staan ernaast en vragen wat ze voelen, welke herinneringen bovenkomen. Wandelen en praten, dat gaat heel goed samen, weten we, de eerste resultaten van die zogeheten 3MDR-behandeling zijn hoopgevend.

‘En dan is er het internationale mdma-onderzoek waar we aan meedoen. Doel is om uit te zoeken of mdma bij de geneesmiddelenautoriteiten kan worden geregistreerd voor de behandeling van ptss.’

Waarom mdma en geen lsd, zoals vijftig jaar geleden?

‘Maps, de Amerikaanse organisatie voor psychedelisch onderzoek die de studies opzet en sponsort, heeft voor mdma gekozen. Mogelijk omdat lsd een langere werkingsduur heeft, na afloop van een sessie zou je de uitwerking dan weer met een ander medicijn moeten afbreken. Met mdma is dat niet nodig.

‘De twee middelen werken ook anders. Lsd wekt hallucinaties op, mdma is een middel dat de emoties zachter maakt. Als je worstelt met schuld en schaamte, werkt mdma mogelijk beter. Het kan een katalysator zijn waarmee je kunt terugblikken op traumatische herinneringen met minder angst en veroordeling.

‘Bij veteranen met hardnekkige ptss blijft de herinnering aan het trauma negatieve energie oproepen, omdat ze de gevoelens die erbij horen wegdrukken. Het is hun manier om te overleven. De nachtmerries zijn ook altijd hetzelfde, al tien, soms twintig jaar lang. Dat is verschrikkelijk. Met mdma kunnen ze bij die opgesloten gevoelens komen.

‘Zo was er een marinier die zijn buddy had zien verbranden in hun pantservoertuig. Hij voelde zich verschrikkelijk schuldig omdat hij zijn maat niet had kunnen redden. Hij reageerde het op iedereen af, was prikkelbaar en agressief tegen zijn vrouw. Tijdens de mdma-sessies kon hij de ervaring herbeleven en zichzelf als het ware vergeven, zonder angst onder ogen zien dat hij alles had gedaan wat hij kon. Daarmee ontstond ruimte voor psychotherapie waarin hij kon werken aan herstel.’

Wat ziet u gebeuren tijdens die mdma-sessies?

‘We hebben nu een aantal veteranen met mdma behandeld, het zijn lange sessies, van ongeveer acht uur per keer. We zijn er altijd bij met twee psychotherapeuten, de sessies zijn intensief, we laten de patiënten niet alleen. Het bijzondere is: we hoeven ze niet te sturen met onze vragen, ze weten dondersgoed waar ze heen willen. Ik vind het indrukwekkend om daarbij te zijn.’

Eric Vermetten: ‘Mdma maakt emoties zachter. Als je worstelt met schuld en schaamte, werkt dat mogelijk beter dan lsd.’ Beeld Ernst Coppejans
Eric Vermetten: ‘Mdma maakt emoties zachter. Als je worstelt met schuld en schaamte, werkt dat mogelijk beter dan lsd.’Beeld Ernst Coppejans

Bastiaans heeft weinig gegevens over zijn lsd-behandeling bijgehouden, in de medische literatuur kwam al snel kritiek. Een glaasje limonade had ook vast geholpen, klonk het. In het begin twijfelde u ook aan de resultaten van de mdma-behandeling, u noemde ze misschien wel te mooi om waar te zijn.

‘Toen ik tien jaar geleden de eerste onderzoeksresultaten zag, dacht ik: dat kan niet waar zijn. Maar de eerste grote studie, die vorig jaar is gepubliceerd, laat zien dat tweederde van de veteranen die met mdma zijn behandeld geen ptss meer heeft, twee keer zo veel als in de placebogroep. In ruim drie jaar tijd had een kwart van de groep een terugval, driekwart bleef vrij van symptomen, zonder dat ze verder nog werden behandeld.

‘Het is geen wondermedicijn, het is niet zo dat alles na een paar mdma-sessies is opgelost. Maar er is ook geen sprake van een honeymoon-effect, er kan iets fundamenteel veranderen in de wijze waarop zij naar zichzelf en naar de wereld gaan kijken.

‘Nu blijkt dat mdma mogelijk iets kan betekenen bij hardnekkige ptss, vind ik dat we de morele plicht hebben om dat verder uit te zoeken. We moeten alles doen wat we kunnen om mensen met ptss ruimte in het hoofd te geven, veteranen, maar bijvoorbeeld ook politieagenten, zodat het leven weer leefbaar wordt. Voor henzelf en voor hun partners en kinderen.

‘We zullen effectieve behandelingen hard nodig hebben, nu de oorlog in Oekraïne maar voortduurt. Er zal, vrees ik, een hausse aan ptss zichtbaar worden.’

Er is onlangs kritiek gekomen op de mdma-studies. De gezondheidsautoriteiten in Canada hebben een van de twee studies stilgelegd toen aan het licht kwam dat een therapeut seks heeft gehad met een vrouwelijke patiënt na een mdma-sessie.

‘Daar ben ik van geschrokken, het is ernstig grensoverschrijdend gedrag. Logisch dat het Canadese ministerie onderzoek heeft gedaan. Daarbij hebben ze een aantal procedurele fouten ontdekt, bijvoorbeeld dat in een van de behandelcentra de toestemmingsformulieren niet helemaal klopten.

‘Praat ik het nou goed? Nee, de richtlijnen zijn er om de deelnemers te beschermen en zeker de ethische gedragsregels zijn cruciaal bij deze kwetsbare groep. De achterliggende organisatie moet hieruit lessen trekken. En mocht het gebruik van mdma in de toekomst worden goedgekeurd, dan pleit ik ervoor om de behandeling alleen te geven in gespecialiseerde centra, met goed opgeleide therapeuten.’

*

Terug naar de plek waar het trauma ontstond, ook dat kan misschien helpen om oorlogservaringen te verwerken. Het ministerie van Defensie heeft via het Nederlands Veteraneninstituut geld beschikbaar gesteld om de veteranen van Dutchbat III terug te laten keren naar Srebrenica, de plek waar ze in 1995 machteloos moesten toekijken hoe duizenden moslimjongens en -mannen door Bosnisch-Servische troepen werden gedeporteerd en vermoord. Vermetten is mede-initiatiefnemer van die terugkeerreizen en ziet daarin voor veteranen een mogelijkheid om die uitzending in hun hoofd eindelijk af te sluiten. Begin dit jaar is hij meegegaan met de eerste Dutchbat-veteranen die terugkeerden naar Srebrenica.

Waar komt dat idee vandaan?

‘Het is eigenlijk een oud idee. Hoeveel mensen gaan niet terug naar monumenten uit de Tweede Wereldoorlog om te verwerken wat hun is overkomen? Veel veteranen zijn nooit meer terug geweest naar Srebrenica, terwijl de periode daar hun leven zo heeft gekleurd. De beelden van 1995 zijn als het ware bevroren in hun geheugen. Sommigen hebben het gevoel dat ze tekort zijn geschoten, ze willen zich verontschuldigen, ze willen iets terugdoen, door hun verhaal te vertellen en belangstelling te tonen.’

Hoe was de eerste reis?

‘We zijn onder andere naar Potocari geweest, waar Dutchbat was gelegerd. Daar is de begraafplaats van alle vermoorde moslimmannen, een enorme vlakte met eindeloze rijen witte stenen. Dat beeld liet niemand onberoerd. Aan de overkant van de weg, waar vroeger de compound was, staat nu een prachtig museum. We werden uitgenodigd door overlevenden, zij waren onze gids. De veteranen hebben daar 27 jaar geleden gegeten en geslapen, ze zagen op de muur teksten terug die ze toen hadden opgeschreven, ze hebben er verschrikkelijke dingen meegemaakt.

‘Waar ze thuis geen ruimte voor vinden, gebeurt daar soms wel, als ze de omgeving weer zien, de wind weer voelen, als ze praten met elkaar en met de plaatselijke bevolking. Het lijkt soms op een bevrijding, op die plek veranderen de herinneringen, komen er nieuwe voor in de plaats.’

Reageert de plaatselijke bevolking niet negatief?

‘De vrouwen die we daar ontmoetten, waren zo hartelijk. Ze zijn boos geweest, ze hebben zich in de steek gelaten gevoeld, maar bij velen bestaat nu vooral behoefte aan verzoening. Er is aandacht voor elkaars verhaal, zij luisterden ook naar wat wij te vertellen hebben. En ze zagen dat de veteranen nog altijd vreselijk boos en verdrietig zijn over wat er is gebeurd. De echtgenote van een veteraan vertelde de vrouwen over de nachtmerries van haar man, die ze al ruim twintig jaar elke nacht moet aanhoren. Daarna omhelsden ze elkaar.’

Is geld, een financiële genoegdoening, nog van belang bij de verwerking van posttraumatische stress?

‘Ja, dat denk ik wel, het betekent erkenning van hun leed. Maar daar zit ook een andere kant aan. De laatste jaren krijgen veteranen soms flinke bedragen aan compensatie als vergoeding voor geleden schade. Ze zijn immers inkomsten misgelopen. Maar ik merk dat die vergoedingen ook de hulpverlening in de weg kunnen staan.

‘De procedures duren lang, veteranen moeten vaak van alles aantonen en dat maakt ze soms boos en machteloos. Ze kijken ook naar elkaar: als een ander het krijgt die hetzelfde heeft meegemaakt, dan hebben zij er ook recht op. Zo gaan de gesprekken in de behandelkamer vaak over die procedures, terwijl het daar niet over zou moeten gaan.’

Is de verzetsman uit de documentaire van Louis van Gasteren uiteindelijk genezen?

‘Van Gasteren heeft jaren later een vervolg gemaakt en daarin vertelde de vrouw van de verzetsman dat het echt beter met hem ging. Hij slaapt niet meer in de houding, zei ze en dat vond ik zo’n aandoenlijke uitspraak. In ieder geval gaf hij zichzelf meer rust. Maar volledig genezen is hij nooit.

‘‘Kan ik weer de oude worden?’, vragen mijn patiënten me soms. Dat is een naïef idee en dat weten ze ook. Ze worden nooit meer de persoon die ze waren voordat ze werden uitgezonden. Traumatische gebeurtenissen kunnen we niet wegpoetsen, maar we kunnen wel proberen om het leven weer draaglijk te maken. Trauma’s zijn ontwrichtend, maar ze leren ons ook veel over de veerkracht van mensen. En over de onmaakbaarheid van het leven, het accepteren van dingen die nou eenmaal zo zijn.’

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2022 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden